WBDBO

oktober 1995

Waar de metselaar metselt en de timmervrouw timmert daar moet de brandweerman de brand wéren, moet men gedacht hebben bij het opstellen van het Bouwbesluit. Geheel conform de `vakantieman'sytematiek die Vitruvius' Bruikbaarheid-Duurzaamheid-Schoonheid wist te actualiseren tot Veiligheid, Gezondheid, Bruikbaarheid en Energiezuinigheid.
Alleen nog op televisie is de brandweerman de koene sympathieke durfal, de ziekenbroeder/Wegenwacht/wijkagent/Batman die niet zozeer de branden weert alswel dat hij ze daadwerkelijk blust, kinderen redt, bejaarden veilig heendraagt en de poezen uit bomen haalt. Kortom een doener waar je op kunt bouwen in een tijd dat meer dan de helft van de branden wordt aangestoken.
Met de komst van het bouwbesluit is de brandweerman evenals de man van het gas, de man van de narcoticabrigade en de inspecteur bouwtoezicht een wat suffe beambte geworden. Zijn slagveld is nu de vergadertafel, zijn wapen is niet langer de Storz-koppeling of messing verchroomde spuitmond maar notulen, immer slappe-koffie, normen en attesten. Als we kunnen ventileren met suskasten en onze huizen bovenop de gasbel zo dik kunnen isoleren dan moet het mogelijk zijn ófwel alle branden voorgoed te voorkomen ófwel te blussen met een fraaie joystick vanaf het rode dashboard.
De brandweer van een grote gemeente in het oosten van het land vertelde ons onlangs vol trots dat zij alle bij-brand-opschuimende-tochtstrippen uit een nieuw ziekenhuis had laten slopen. `Maar deze zijn speciaal gecertificeerd' was het weerwoord van de uitvoerder die dacht zijn best te hebben gedaan. `Het TNO-rapport heeft een proefstuk van 30 centimeter onderzocht, de door u toegepaste strippen zijn meer dan 2 meter lang' was het laconieke brandweerwoord. Deze brandweer verhuist net naar een nieuw gebouw waarvan de enorme glasvlakken inderdaad waar nodig geheel zijn uitgevoerd in peperdure brandwerende beglazing. Nee, deze brandweer kan men om een boodschap sturen!
Bij een appartementengebouw moet de brandoverslag naar zij- en bovenburen één uur bedragen. Dat zou betekenen dat appartementen boven elkaar geen frans balkon meer mogen hebben op dezelfde plek. We hebben de brandweer van Amsterdam daarom twintig gevels gestuurd van gebouwen die nú in uitvoering zijn waar zo'n `probleem' voorkomt: de norm houdt blijkbaar geen rekening met de bouwcultuur. En ja, de brandweer blijkt dit te beredeneren vanuit de Wetenschap. Niet de softe wetenschap van een typologische kennis van gebouwproduktie, van architectonische traditie, maar Natuurwetenschap die zich bezighoudt met Warmte. Het Bouwbesluit eist een Weerstand tegen Brand Doorslag en Brand Overslag en verwijst naar een Normblad NEN 6082 dat weer verwijst naar andere Normbladen waar berekeningsmethoden staan. Die normbladen -met technische tekeningen om allerlei leuke oventjes te bouwen- zijn nauwelijks hanteerbaar omdat deze bestaan uit het extrapoleren van door empirie verkregen laboratoriumgegevens. En dus is er een praktijkrichtlijn gemaakt die een eind moet maken aan de plaatselijke wildgroei aan ezelsbruggetjes en interpretaties die afgelopen jaar weer ontstaan waren. De eerste praktijkrichtlijn was uitgegeven door het Ministerie zelf. De tweede is deel van een serie, uitgegeven door de VNG en godbetert geschreven door de Nederlandse Brandweer Federatie zelf. Die praktijkrichtlijn, gebaseerd op een wel zéér bepaalde interpretatie van alle regels en normen zegt echter niets over practische zaken als minimaal aan te houden penantbreedtes en minimaal aan te houden borstweringhoogtes voor brandoverslag in horizontale en vertikale richting. Kortom, is nog steeds weinig operationeel. Bewijs? Bel Bouwtoezicht in uw gemeente en vraag wat u aan moet houden voor die afstanden. Vraag hem of haar vervolgens wáár u die gegevens kunt terugvinden.
Nu heeft een adviesburo enige tijd geleden een computermodel gemaakt voor de berekeningsmethoden van NEN 6068, een norm waarin brand in een ruimte wordt gemodelleerd en zij heeft dit mogen toelichten voor een symposium van brandweermannen. Vanuit verschillende gemeentes bereikte ons dus nu de eis van de brandweer eerst door dit adviesburo een dergelijke berekening te laten maken. De brandweer heeft dus eindelijk iemand gevonden die het materiaal kan leveren dat zij vervolgens kan afstempelen. Afgestempelde adviezen bieden nog de enige vrijwaring tegen schadeclaims waarvoor men niet verzekerd is.
De wildgroei rond het Bouwbesluit levert meer koddigs. In de nieuwe TGB Algemeen is opgenomen dat een konstruktie moet voldoen gedurende een bepaalde referentiepriode, heel begrijpelijk als we aan een brug denken. Die referentieperiode bedraagt in principe 50 jaar: de standaard papieren afschrijvingstermijn van gebouwen. In Amsterdam, waar de cultuur het verst is om de `aannemer' een poot uit te draaien wanneer een of andere norm dat toestaat is het volgende verzonnen. Bouwtoezicht meldde ons onlangs dat een gevelbekleding en de bevestiging daarvan dús 50 jaar gegarandeerd moet worden of voor die periode gecertificeerd moet zijn. Geldt het ook voor een lamp op een brug?
De vertegenwoordigers van uitvoerend bouwbedrijf en BNA moeten wel heel diep dutten bij die onderhandelingen over het Bouwbesluit. Niet alleen is er sprake van een buitensporige uitbreiding van de prestatie-eisen die aan een konstruktie worden gesteld, ook is de bewijslast geheel gelegd bij diegene die verantwoordelijk is voor de bouwkundige aansluiting en konstruktie van de verschilende onderdelen en materialen. Sympathiek, maar daarmee is de bewijslast gelegd bij de architect die zijn invloed meer en meer beperkt ziet tot `het concept', nog slechts verantwoordelijk voor het ronden van de kaap van de Welstandsbehandeling en overigens slechts esthetisch adviseur is bij de verdere uitwerking van de tekeningen schaal 1:100. Net zo sympathiek is het overigens om de architect de aannemer te laten controleren of hij alles wel Arbo-veilig laat uitvoeren. Het kan de bouwvakkers kennelijk niet schelen, de aannemers zijn kennelijk niet te bekeuren en dus kan de architect met zijn opzichter daar een beetje voor agent lopen.
Het Bouwbesluit roept daarbij zoveel onduidelijkheden op dat een aparte kaste van adviesbureaus is opgeroepen. Bij een bezoek aan de brandweer in de Residentie klapte de ambtenaar een laptop open en demonstreerde een PC programmaatje waarin alle brandweer-eisen overzichtelijk waren geordend. Bij hem te koop. Onwillekeurig moesten we aan Maarten van Traa denken.